RIVM heeft geen verklaring voor hogere bloedwaarden

DEN HAAG / SLIEDRECHT – Gedeputeerde Staten van Zuid-Holand heeft woensdag 13 december 2017 de leden van Provinciale Staten op de hoogte gesteld over de uitkomsten van het steekproef- en verificatie onderzoek, zoals dat door het RIVM is uitgevoerd onder omwonenden van chemiebedrijf Chemours / DuPont. 

Bloedonderzoek naar PFOA. (Archieffoto Peter Donk / Sliedrecht24)

Daaruit is gebleken dat de gemeten PFOA waarden in het bloed van omwonenden goed overeen kwamen met de waarden zoals die in een eerder RIVM rapport van maart 2016 berekend waren. Bij 18 van de 382 deelnemers aan de steekproef is een hogere bloedwaarde vastgesteld dan eerder verwacht werd (> 21 nglml bloedserum). Om meer inzicht te krijgen in het ontstaan van deze hoger dan verwachte bloedconcentraties PFOA heeft het RIVM nader onderzoek geadviseerd bij deze 18 deelnemers. “Met het Rijk en de betrokken gemeenten hebben wij het RIVM gevraagd dit onderzoek uit te voeren”, stellen de gedeputeerden Rik Janssen (SP) en Floor Vermeulen (VVD) in de brief.

Bevindingen
Doel van het uitgevoerde vervolgonderzoek was om na te gaan of er verklaringen gevonden kunnen worden voor de uiteenlopende bloedwaarden bij de deelnemers. Van de 18 deelnemers aan het verificatieonderzoek met een PFOA bloedwaarde groter of gelijk aan 21 ng/ml hebben 14 mensen deelgenomen aan het vervolgonderzoek. “Tijdens vraaggesprekken zijn mogelijke bronnen van PFOA en de aanwezigheid hiervan in de omgeving van de deelnemers besproken. Het onderzoek is nu afgerond.”, schrijven Janssen en Vermeulen. De belangrijkste bevindingen en conclusies van het RIVM zijn de relatief korte woonafstand tot de fabriek en de relatief lange woonduur van de deelnemers zijn mogelijk belangrijke oorzaken van een verhoogde PFOA waarde in het bloed. Uit de vraaggesprekken zijn, anders dan de nabije en langdurige blootstelling via de emissies naar de lucht van de fabriek, geen duidelijke blootstellingsbronnen gevonden die kunnen verklaren waarom de gevonden bloedwaarden bij deze deelnemers relatief hoog waren. Het is nog onduidelijk of groente- en fruitconsumptie dan wel eierconsumptie van scharrelkippen uit eigen (moes-)tuin een bijdrage hebben geleverd aan de relatief hoge PFOA bloedwaarden van de veertien deelnemers aan dit onderzoek.

Moestuinonderzoek
Resultaten uit het nog lopende ‘moestuinonderzoek’ dat ook door het RIVM wordt uitgevoerd, kunnen hier mogelijk nader inzicht in geven. Een relatief hogere bloedwaarde kan ook (deels) worden verklaard door de snelheid waarmee het lichaam PFOA uit het bloed verwijdert (halfwaarde tijd). Bekend is dat de halfwaarde tijd van PFOA gemiddeld genomen ongeveer 4 jaar is, maar dat er
grote individuele verschillen bestaan, variërend van 1,5 – 9,1 jaar. Gedeputeerden Janssen en Vermeulen in de brief aan de leden van Provinciale Staten: “Dinsdag 5 september 2017 hebben wij u geïnformeerd over het moestuinonderzoek. ln het onderzoek wordt de aanwezigheid van PFOA en GenX in gewassen onderzocht. Dit onderzoek moet de vraag beantwoorden of gewassen die door particulieren met een (moes)tuin in de omgeving van de fabriek worden geteeld, veilig geconsumeerd kunnen worden. De gemeente Dordrecht heeft mede namens de andere overheden opdracht gegeven voor het moestuinonderzoek. De gemeente heeft ons laten weten dat het RIVM de onderzoeksresultaten in februari 2018 verwacht aan te leveren.”

3 gedachten over “RIVM heeft geen verklaring voor hogere bloedwaarden”

  1. Daar is geen gehoor aan gegeven.
    90% van alle ongeruste bewoners die hun bloed onderzocht willen hebben worden afgewezen.
    Mensen die pas een paar jaar binnen de ‘blauwe zone’ wonen, en er dus pas zijn komen wonen nadat de PFOA emissies gestopt zijn, mogen getest worden, maar mensen die al 20 tot 30 jaar twee straten verder wonen, mogen niet.
    Zo kan ik de uitslagen ook ‘geruststellend’ laag houden.
    Onkunde of pure manipulatie?

  2. Het was een wens van de bevolking om onzekerheid weg te nemen.
    Hier is gehoor aan gegeven en openbaar gerapporteerd.

  3. De conclusies zijn redelijk voorspelbaar. Korte woonafstand en lange woonduur. Moest hier werkelijk onderzoek naar gedaan worden?

Plaats een reactie

*=Verplicht veld